Wat zijn zeepokken?
Van de meer dan 1.400 soorten zeepokken die in de waterwegen van de wereld worden gevonden, worden de meest voorkomende genoemd eikel zeepokken. Zoals iedereen die ooit een schip heeft onderhouden weet, heeft het verwijderen van zeepokken wat elleboogvet (of een hogedrukreiniger) nodig. Dat is de reden waarom sommige watersporters ze bij hun slangnaam noemen: “knapperige foulers.”
Hoe blijven zeepokken aan de onderkant van schepen plakken, aan ander zeeleven, aan elkaar en aan vrijwel alles wat ze Ze scheiden een snel uithardend cement af dat tot de krachtigste natuurlijke lijmen behoort die we kennen, met een treksterkte van 5.000 pond per vierkante inch en een kleefkracht van 22-60 pond per vierkante inch. De lijm is zo sterk dat onderzoekers proberen te achterhalen hoe het commercieel kan worden gebruikt.
Zeepokken houden van plaatsen met veel activiteit, zoals onderwatervulkanen en intergetijdengebieden, waar ze zich bevinden op stevige objecten zoals rotsen, palen en boeien. Bewegende objecten zoals boot- en scheepsrompen en walvissen zijn bijzonder kwetsbaar voor de vervelende beestjes. Grote zeepokkenkolonies zorgen ervoor dat schepen meer brandstof slepen en verbranden, wat leidt tot aanzienlijke economische en milieukosten. De Amerikaanse marine schat dat zware aangroei van eendenmossel op schepen het gewicht en slepen voorbij maar liefst 60 procent, wat resulteert in een toename van maar liefst 40 procent in het brandstofverbruik!
Zeepokken voeden zich door veerachtige aanhangsels die cirri worden genoemd. Omdat de cirri zich snel uitstrekken en terugtrekken door de opening aan de bovenkant van de zeepok, kammen ze het water op microscopisch kleine organismen. Ze trekken zich snel terug in hun beschermende omhulsels als ze een mogelijke dreiging voelen. Zeepokken scheiden harde calciumplaten af die ze volledig omsluiten. Een witte kegel bestaande uit zes calciumplaten vormt een cirkel rond de schaaldier. Nog vier platen vormen een “deur” die de zeepok kan openen of sluiten, afhankelijk van het getij. Als het tij daalt, sluit de zeepok de winkel om vocht te behouden. Als het tij komt, opent een spier de deur zodat de gevederde cirri naar voedsel kan ziften.