Symptomen tegen het einde van het leven
Omgaan met symptomen
Niet iedereen krijgt alle symptomen die we hier hebben genoemd. Er zijn manieren om de meeste symptomen onder controle te houden en de kwaliteit van uw leven zo lang mogelijk te verbeteren. Sommige symptomen kunnen vrij snel optreden. Praat met uw arts of verpleegkundige over eventuele symptomen, ook als deze erger worden, of nieuwe symptomen.
Uw arts of verpleegkundige zal uw symptomen beoordelen en de beste manier vinden om ze te behandelen. Hoe de symptomen worden beheerd, kan nogal individueel zijn en zal afhangen van uw eigen situatie en wat het beste voor u is.
Als u s nachts of in het weekend hulp nodig heeft bij symptomen, krijgt u van het antwoordapparaat van uw huisarts het aantal huisartsenposten. Uw plaatselijke hospice kan ook een 24-uurs advieslijn hebben, meestal gerund door verpleegkundigen, die u kunnen helpen of vertellen waar u hulp kunt krijgen.
In de laatste paar weken van uw leven heeft uw zorgteam kan u medicijnen geven om thuis te houden voor symptomen die u in de toekomst kunt krijgen. Deze worden soms preventief, anticiperend of voor het geval dat medicijnen genoemd. Ze worden apart bewaard in een doos of zak met de opdruk ‘voor het geval dat’, samen met instructies voor het toedienen van de medicijnen. Als u deze medicijnen dringend nodig heeft, kan uw verpleegkundige ze u geven. Dit kan handig zijn als u s nachts of in het weekend een behandeling nodig heeft.