Pan

Pan, in de Griekse mythologie, een vruchtbaarheidsgod, min of meer dierlijk van vorm. Hij werd door de Romeinen in verband gebracht met Faunus. Oorspronkelijk een Arcadische godheid, zijn naam is een Dorische samentrekking van paon (“pasturer”), maar in de oudheid werd algemeen aangenomen dat het verband hield met pan (“all”). Zijn vader was meestal Hermes, maar een komische uitvinding stelde dat hij het product was van een orgie van Odysseus vrouw Penelope met haar vele vrijers. Plutarchus schreef dat tijdens het bewind van Tiberius de bemanning van een schip dat in de buurt van Griekenland voer, een stem hoorde roepen: “De grote Pan is dood.” Christenen beschouwden deze episode als gelijktijdig met de dood van Christus.

Pan werd over het algemeen voorgesteld als een krachtige en wellustige figuur met de horens, poten en oren van een geit; in latere kunst de menselijke delen van zijn vorm werden veel meer benadrukt.Hij achtervolgde de hoge heuvels, en zijn grootste zorg was met kudden en kuddes, niet met landbouw, en daarom kan hij mensen, zoals vee, laten stormen in paniek terreur. Als een herder was hij een doedelzakspeler en hij rustte s middags. Pan was onbeduidend in de literatuur, afgezien van het hellenistische bucolische, maar hij was een veel voorkomend onderwerp in de oude kunst. Zijn ruwe figuur was in tegenspraak met bijvoorbeeld dat van Apollo, die cultuur en verfijning vertegenwoordigde.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *