Hoe amandelbomen te planten, te kweken en te verzorgen

Prunus dolcis

Van snoep, tot marsepein (mijn favoriet aller tijden), tot de enorme belangstelling voor amandelmelk, mensen zijn absoluut gek over amandelen, en terecht.

Geloof het of “noot” (als je niet van woordspelingen houdt, ben je misschien op de verkeerde plaats terechtgekomen – we zijn net begonnen), deze felbegeerde boomteelt is gecultiveerd vanaf 4.000 voor Christus – en vertoont geen tekenen dat het binnenkort uit de mode raakt.

In dezelfde familie als andere stevige favorieten zoals perziken, kersen, pruimen en abrikozen, amandelen vormen een heerlijke, voedzame en uiterst veelzijdige toevoeging aan elke woning of tuin.

Als het vroegst bloeiende steenfruit, de amandelboom heeft de toegevoegde bonus dat het ook een sierbloeiende boom is, 10 tot 15 voet hoog wordt en vol geurig roze is of witte bloemen in het vroege voorjaar.

Mooi en lekker – wat wil je niet? Zoals vaak het geval is met mooie dingen, hebben deze heerlijke noten een paar hang-ups … lees verder om meer te weten te komen over wat er nodig is om amandelbomen te laten groeien.

Teelt en historisch gebruik

Amandelen (Prunus dolcis) worden al in 4000 voor Christus gekweekt en worden verondersteld inheems te zijn in Centraal- en Zuidwest-Azië, hoewel hun exacte afkomst onbekend is.

Door de geschiedenis heen hebben deze noten veel religieus en cultureel belang. Ze verdienen zelfs vermelding in de Bijbel, toen in het boek Numeri de staf van Aaron bloeide en amandelen droeg.

De Romeinen hadden ook een speciale plaats in hun hart voor amandelen, waarbij ze jonggehuwden met de noten overgoten als vruchtbaarheidstimulans, en er zijn verslagen die suggereren dat ze een gewaardeerd ingrediënt waren voor de faraos in Egypte.

Tegenwoordig geven sommige Amerikanen het uit. gesuikerde amandelen op bruiloften, als een weergave van kinderen, geluk, romantiek, een goede gezondheid en fortuin. In Zweden worden ze met Kerstmis verstopt in rijstpuddingen met kaneelsmaak om het komende jaar geluk te brengen aan degene die ze vindt.

Ontdekkingsreizigers zouden ze hebben opgegeten tijdens hun reis over de zijderoute tussen Azië en de Middellandse Zee. , waar het niet lang duurde voordat ze wortel schoten en bloeiden, vooral in Spanje en Italië. Tegenwoordig associëren we de noot vaak met Californië, hoewel ze daar pas halverwege de 18e eeuw werden geïntroduceerd, toen ze uit Spanje werden overgebracht door de Franciscaanse Padres.

Ze kwamen niet meteen tot leven. in Californië, en het kostte jaren van onderzoek en kruising om hen te helpen zich aan te passen aan hun nieuwe, koelere leven aan de kust. Tegen de jaren 1870 hadden ze het probleem opgelost (samen met vele, vele noten in het proces) en nu zijn ze stevig gevestigd in Central Valley in Californië.

Groeicondities

Amandelen zijn gevoelige zielen, en zijn kieskeurig over hun groeiomstandigheden, wat helaas betekent dat ze ongeveer net zo uitdagend kunnen zijn om te groeien als dat ze heerlijk zijn.

De bomen hebben hete en droge omstandigheden nodig en gedijen goed in USDA Plant Hardiness Zones 7 tot en met 9, omdat ze vooral genieten van gebieden met lange zomers met heet, droog, zonnig weer en daarom een lang groeiseizoen.

Dat gezegd hebbende, ze hebben ook behoefte aan een bepaalde hoeveelheid kou (ongeveer 200-400 uur per jaar bij temperaturen lager dan 45 ° F / 7 ° C) om de kiemrust van hun toppen met succes te doorbreken. Dit is de reden waarom ze niet goed zijn aangepast aan tropische klimaten.

Ze zijn bijzonder intolerant voor natte bodems en vorst, en als zodanig zeer geschikt voor plaatsen als Californië en de oostkust. Dit is een probleem voor de vroegbloeiende amandel, die bijzonder kwetsbaar is voor vorst.

P. dolcis houdt van de zon. Hoewel ze halfschaduw verdragen, zullen ze niet zo goed bloeien of fruiten als wanneer ze in de volle zon worden geplant.

Hoewel ze de voorkeur geven aan goed doorlatende, diepe, leemachtige bodems, zullen ze andere verdragen. bodemsoorten, inclusief arme gronden, zolang ze niet nat of slecht doorlatend zijn, waar ze absoluut niet tegen kunnen.

Omgekeerd, en enigszins contra-intuïtief, hebben de bomen voldoende regen nodig (ongeveer 500-600 millimeter of 20-25 inch per jaar) of irrigatie om goede opbrengsten en goedgevulde noten te produceren, hoewel ze zullen overleven met minder water. Traditioneel werden ze niet geïrrigeerd totdat boeren ontdekten dat ze goed reageerden op precies de juiste hoeveelheid hulp die op het juiste moment werd gegeven.

Ze hebben vooral baat bij extra water geven in het vroege voorjaar, tijdens de zomer en soms tijdens de eerste maanden van de herfst, maar ze hebben echt een helpende hand nodig bij de begin van het groeiseizoen, aangezien een te droge start van het seizoen kan resulteren in een aanzienlijke afname van de productie.

Het is echter belangrijk om ze rond of rond de oogsttijd geen water te geven, aangezien commerciële telers de irrigatie rond 3-4 dagen voor de oogst. Dit betekent dat het een beetje gissen is bij het kweken van deze, en je moet precies de juiste balans vinden om een goede oogst te bereiken.

Amandelen zijn over het algemeen niet zelfbestuivend, dus kruisbestuiving met een seconde variëteit is meestal vereist voor de fruitteelt.

Aanbevolen rassen en cultivars

Bij het kiezen van uw boom is het belangrijkste om in gedachten te houden uw groeiomstandigheden en welke winterhardheidszone u re in.

Een andere goede tip is om ervoor te zorgen dat je een zoete amandel koopt als je van plan bent om de noten te eten in plaats van een bittere amandelboom, meestal een sierplant die om esthetische redenen meer wordt gekweekt.

Er zijn nogal wat standaardvariëteiten, waaronder Carmel, die een uitstekende, goed beschermde noot geeft en ook een uitstekende bestuiver is, en Mission die, ondanks dat het een laatbloeier is, een zeer productieve boom is.

All-In-One wordt echter vaak voorgesteld als de beste variëteit in de achtertuin, omdat het slechts ongeveer de helft van de grootte van een hoogstam, waardoor hij ideaal is waar de ruimte wat krap is, zoals in boomgaarden in huis.

All-In-One is uitzonderlijk als een van de weinige zelfbestuivende cultivars, dus heeft geen buurman nodig voor een helpende hand bij het maken van fruit, wat de waarde voor de kleine tuinman vergroot. Het fruit van deze boom rijpt eind september of begin oktober en wordt beschouwd als een noot met een zachte dop.

Voor een iets sterkere variëteit is ‘Hall’s Hardy’ een goede gok. Deze cultivar wordt net zo vaak aangeplant om zijn mooie roze bloemen als om zijn noten. Het rijpt in oktober, het is een amandelboom van volledige grootte die het beter doet met een buddy voor kruisbestuiving, dus zorg ervoor dat je een andere variëteit in de buurt plant voor een goede oogst.

Halls Hardy is erg koud tolerant – in feite vereist het zelfs een beetje afkoeling om fruit te produceren, dus dit is perfect voor iets meer marginale plaatsen, aanbevolen voor USDA Winterzones 5-9.

Juiste plantpraktijken

Zoals bij alle bomen, is een goede start in het leven de sleutel voor hun toekomstig succes.

Amandelen houden van een gezonde afstand van hun buren, idealiter 15-20 voer (4-6 meter) apart.

Vóór het planten moeten de wortels grondig worden gedoseerd met water, en ervoor zorgen dat ze grondig nat zijn ze worden in de grond gestopt om ze een goede start in het leven te geven.

Het gat moet breed en diep genoeg worden gegraven voor het hele wortelstelsel, met speciale aandacht voor de penwortel, zodat het is niet uit vorm gebogen. Zoals bij veel notenbomen, zijn amandelen bijzonder gevoelig voor het knoeien met hun penwortel, dus ze mogen nooit worden bijgesneden of in een gat worden gedwongen dat niet groot genoeg is om erin te passen. De rest van de wortels moet ook gevoelig worden gehanteerd en voorzichtig worden uitgespreid om mattering te voorkomen.

Ze moeten op dezelfde diepte worden geplant als op de kwekerij (u moet het merkbare kleurverschil zien tussen de wortels en de rest van de plant, wat aangeeft welk deel begraven moet worden). Dit is hetzelfde voor zowel kale wortelplanten als bomen in pot.

De grond moet stevig rond de wortels worden samengedrukt terwijl je het gat opnieuw vult. Zodra het gat is bijgevuld, moet je je babyboom twee emmers water geven om hem goed in zijn nieuwe huis te zetten.

Op dit punt kun je je boom ook een kleine boost geven door er wat aan toe te voegen. kunstmest, hoewel het het beste is om te wachten tot de lente om te bemesten als je in de herfst plant.

Voortplanting

Door worteltransplantatie

Zoals de meeste fruit- en notenbomen, amandelen worden normaal gesproken vermeerderd door knopvorming. Dit is verreweg de gemakkelijkste en meest effectieve manier om ze te kweken en ervoor te zorgen dat ze trouw blijven aan hun ouderplant.

Een winterharde wortelstok (vaak van perzik of de meer veerkrachtige bittere amandelvariant) wordt gebruikt om geef de boom weerstand tegen bodemgebonden ziekten, waarna de vruchtdragende tak op de onderstam wordt geënt.

Door geënte amandelen te gebruiken, worden de bomen veel veerkrachtiger en groeien ze vaak veel sneller dan uit zaad. Dit is met name het geval voor degenen die een perzik wortelstam hebben, die over het algemeen productiever zijn dan die welke zijn geënt met amandel wortelstokken.

Een verdere complicatie bij amandelbomen is dat je er op zijn minst over moet beschikken. twee verschillende, maar compatibele, variëteiten zodat ze kunnen kruisbestuiven, meestal via bijen.

Van de noot

Het is volkomen acceptabel om te proberen je eigen zaad te kweken voor een achtertuinproject, zolang je weet dat het veel langer zal duren om vruchten af te werpen, en noten die worden geproduceerd, zijn mogelijk niet van dezelfde kwaliteit als die van de moederplanten.

Vind verse noten – niet geroosterd zoals je die in supermarkten aantreft. Laat ze ongeveer 48 uur weken, leg ze dan op een natte papieren handdoek in een plastic zak en plaats ze in de koelkast.

Ongeveer 3-4 weken in de koelkast zou voldoende moeten zijn, en de amandelen zouden moeten gaan ontkiemen. Op dit punt zijn ze klaar om te verpotten in een mooie, goed doorlatende grondmix (zoiets als een mix van zand en compost) en in direct zonlicht geplaatst, idealiter op een vensterbank waar het lekker warm is.

Het belangrijkste is om ze vochtig te houden, maar nooit drassig. Nadat ze ongeveer 15 cm hoog zijn, zijn ze klaar om naar een grotere potmaat te worden verplaatst.

Snoeien

Snoeien heeft verschillende doeleinden in verschillende stadia van het leven van de boom. .

Het snoeien van jonge amandelbomen bepaalt hun toekomstige vorm, en dus hun productiviteit en de kwaliteit van de geproduceerde noten. Het is belangrijk om het goed te doen om een goede oogst te garanderen.

Amandelen worden gewoonlijk gesnoeid in de vorm van een “vaas” met 3-4 hoofdtakken, wat ook het oogsten mogelijk maakt. Indien correct gedaan, maakt de “vaas” -vorm de boom krachtiger, productiever en garandeert een langere levensduur.

Snoeien echter na rijpheid , gaat meer over het behouden van de vorm die in de vroege stadia van het leven van de boom is ontstaan. Snoeien vernieuwt de boom en stimuleert hem om meer te produceren. Ongeveer 20% van het bladerdak van een oudere boom moet elk jaar worden teruggesnoeid.

Voor meer informatie over correct snoeien, bekijk onze gids (binnenkort beschikbaar!).

Oogsten

Oogsten ziet er echt leuk uit, en dat komt omdat het ook is!

Veilig verpakt in hun schelpen, alles wat nodig is, is een harde schudding om de noten op de grond te laten vallen, waar ze kunnen worden verzameld.

Toptip: het is het beste om de bomen over een laken te schudden zodat ze achteraf gemakkelijk kunnen worden verzameld.

Je weet dat ze rijp zijn om te worden geplukt (of geschud) als de rompen open beginnen te splijten, vaak van de late zomer tot oktober in de VS. Als je wacht tot ongeveer driekwart van de noten begint te splitsen, is het een veilige gok om ze te oogsten.

De noten moeten voor consumptie worden gedroogd, wat ofwel kan door ze op de grond te laten liggen. gedurende een paar dagen na het schudden (als er geen kans op regen is waar je bent), of ze veilig ergens koel en droog op te slaan.

De gemiddelde gezonde en volwassen amandelboom kan een boom produceren van 50- 65 pond (23-30 kilogram) noten.

Plagen en ziekten

Amandelen zijn, zoals ik al zei, gevoelige zielen. Ze kunnen daarom aan een aantal aandoeningen lijden.

Ze zijn bijzonder vatbaar voor door de bodem overgedragen ziekten, zoals de schimmelziekte Verticillium verwelking. Dit veroorzaakt elk jaar allerlei drama voor telers over de hele wereld en enorme economische schade voor commerciële telers.

Verticilliumverwelking kan worden voorkomen door een geënt exemplaar te gebruiken met een winterharde wortelvoorraad van perzik of bittere amandel. Het is ook belangrijk om niet te veel te irrigeren, wat het soort omstandigheden bevordert waarin verticillium gedijt. Soaker-slangen zijn de beste keuze.

Schimmelinfecties kunnen ook romprot veroorzaken en er zijn mitigatietechnieken voor deze aandoening.

Afgezien daarvan lijden deze bomen vaak aan de bacteriële ziekte die bekend staat als kroongal. Dit komt meestal via sneden in de boom terecht, dus zorg ervoor dat u de boom niet beschadigt. Snoei bij het snoeien takken altijd met schone, gedesinfecteerde apparatuur.

Amandelen kunnen ook problemen hebben met mijten, zoals de bruine mijt en de rode mijt, die de boom beklemtonen en de bladeren beschadigen.

Als u een IPM-programma in uw tuin gebruikt, kunnen deze mijten het beste worden bestreden met een oliespray tijdens de rustperiode van de bomen, of door natuurlijke vijanden zoals de Westerse roofmijt te introduceren.

Er zijn ook enkele pesticiden die effectief zijn tegen mijten, waaronder enkele pyrethroïden.

Amandel-snelreferentie-kweekschema